Het A3 van leider Niek Janssen had in augustus 1982 nog geen leider. Gelukkig werd op het laatste moment Niek Janssen gevonden om in september de competitie te beginnen met maar liefst 19 spelers. Wat een weelde!

Al snel kwamen de problemen want het elftal kon de weelde van 19 spelers niet dragen. Omdat er toch genoeg spelers waren werd er gewoon niet afgeschreven wanneer men verhinderd was. Dat maakte de administratieve rompslomp van Niek Janssen er alleen maar groter op. In die barre tijden mochten ook bij de lagere jeugd er maar twee spelers gewisseld worden. Met zijn 19 spelers moest Niek dus een hele administratie bijhouden om iedereen evenveel aan zijn trekken te laten komen. Van de 19 spelers mochten er wekelijks 6 helemaal niet mee doen en 4 speelden een halve wedstrijd.

Door het niet afschrijven werd het allemaal nog veel ingewikkelder. Reken zonder computer maar eens uit hoeveel wedstrijden de spelers in een heel seizoen konden spelen en maak daarvoor handmatig maar eens een schema. In ieder geval speelde men zonder calamiteiten nauwelijks de helft van de 18 competitiewedstrijden. Dat was natuurlijk vragen om problemen. De meeste spelers vonden het niks en dus had Niek na de winterstop maar 11 spelers over. Weg "wat een weelde"!

Het einde van het seizoen werd met veel moeite gehaald door de hulp van B3 en B4. Ook B4 had soortgelijke problemen maar dat team kon terug vallen op C3 en C4. Wanneer daar ook spelersproblemen waren dan hadden die een echt probleem. D4 en D5 vielen immers toen nog onder het pupillenbestuur en de pupillen speelden 's ochtends. Ook mocht je die oogappels niet zomaar vermoeien met een tweede wedstrijd op een dag. Bovendien duurden de C-wedstrijden toen nog anderhalf keer zo lang (D-pupillen toen nog 2x 20 minuten en C-junioren 2x30 minuten!).

Van al dat gedoe had Niek Janssen in zijn eerste jaar als leider ook goed de balen gekregen en begon daarom niet aan een tweede seizoen. Pas jaren later begon de KNVB heel langzaam het probleem in te zien. Lagere jeugdelftallen mogen nu veel meer wisselen.

Als Niek Janssen dat wist zou hij vast heel diep verzuchten: "Wat een weelde".

BLEDDER